woensdag 23 februari 2011
Dystrofie
Dystrofie is een aandoening, waarbij aan een arm of een been ernstige pijnklachten, functieverlies en een blauw/paarse verkleuring van de huid optreedt. Meestal voelt het betreffende lichaamsdeel koud aan, echter soms is het warm en is er ter plaatse transpiratie. De aandoening wordt ook wel posttraumatische dystrofie, sympatische reflexdystrofie of Sudeckse dystrofie genoemd. Als de dystrofie in ernstige mate toeslaat kan een getroffen lichaamsdeel bijna niet meer bewogen worden en extreem pijnlijk zijn. De aandoening heeft dan invaliditeit tot gevolg.
Ter plaatse is een ernstige verstoring van de doorbloeding en de stofwisseling ontstaan. De verschijnselen ontstaan meestal na een kneuzing, verstuiking, botbreuk of operatie. Vaak zien we dat de verschijnselen ontstaan enige tijd na de behandeling. Soms valt het ontstaan van de dystrofie tevens samen met een periode van zware stress of psychische belasting. Ook bestaat bij enkele patiënten het vermoeden dat een te strak verband of te strak gips de dystrofie heeft veroorzaakt. Vitamine C gebruik na een fractuur blijkt de kans op dystrofie te verminderen.
De medische wetenschap heeft tot heden geen verklaring voor dystrofie kunnen vinden. Wel weten we dat het een ernstige ontregeling betreft van het sympatische en parasympatische zenuwstelsel. Dit deel van het zenuwstelsel functioneert zelfstandig, met onze wil kunnen we geen invloed op dit deel van ons zenuwstelsel uitoefenen.
Behandeling:
• Bij een koude posttraumatische dystrofie is de doorbloeding zeer slecht. Het is belangrijk de doorbloeding te verbeteren. Dit kan door medicijnen uit de groep calcium antagonisten. Bijvoorbeeld Adalat retard 40 mgr. s’ávonds 1 capsule of Isoptin retard 240 mgr s’avonds 1 tablet.
• Door het sympatische zenuwstelsel te blokkeren middels locale verdoving. Een eenvoudige manier is om locaal en in het verloop van het aangedane lichaamsdeel lokale verdoving te geven. Dit wordt vaak bij neuraaltherapie gedaan. Intensievere methodes zijn om het hele aangedane lichaamsdeel als het ware te infiltreren met lokale verdoving. Een nog moeilijkere behandeling is de hoofdbaan van het sympatisch zenuwstelsel, ofwel de grensstreng (een zenuwbaan die buiten de ruggewervels, parallel aan het ruggemerg loopt) met locale verdoving te infiltreren.
• Behandeling met vrije radicaal vangers of antioxidanten. Door de stofwisselingsprocessen die in ons lichaam plaats vinden ontstaan molekulen (dit zijn de bouwstenen van onze lichaamcellen) die te weinig electronen hebben. Deze instabiele molekulen,die zich weer willen stabiliseren door electronen te zoeken, noemen we vrije radicalen. Deze molekulen proberen electronen weg te nemen in het weefsel waarin ze zich bevinden en beschadigen zo dit weefsel. Bij een gestoorde stofwisseling en bij ziektes worden veel meer vrije radikalen gevormd dan in gezond weefsel. We vermoeden dat dystrofie ontstaat door te hoge aktiviteit van deze vrije radicalen. Een stevige behandelingen met antioxidanten wordt in het ziekenhuis per gegeven: een week lang heeft de patient continu een infuus. De stoffen mannitol en DMSO worden gebruikt. DMSO wordt ook uitwendig aangebracht, het dringt snel door de huid. Enkele malen per dag wordt het als een gel of een creme op de huid aangebracht. Een vrije radicaalvanger die als medicament kan worden ingenomen is N-acetyl cysteine. Deze stof is afgeleid van het aminozuur cysteine, wat ook een anti-oxidant werking heeft. Ook helpt N-acetyl cysteine in het lichaam om glutathion, ook een sterke antioxidant, te vormen. Door het wegvangen van de vrije radicalen wordt de continue beschadiging geremd. Naast de N-acetyl cysteine kan verbetering ontstaan door extra vitamines en mineralen. Bijvoorbeeld een goed multivitamine/mineralen preparaat, 3 gram vitamine C per dag en een tablet seleno-methionine.
• Pijnstillers. Als eerste wordt paracetamol gegeven 6 tot 8 tabletten van 500 mgr.per dag. Als dit onvoldoende effect zal uw arts u sterkere ontstekingsremmende pijnstillers voorschrijven.
In de natuurgeneeskunde behandelen we middels neuraaltherapie maar daarnaast wordt bij posttraumatische dystrofie ook vaak kleurentherapie ofwel brooker-therapie, orthomoleculaire behandeling, behandeling middels therapieën uit de Ayurveda geneeskunde, behandelingen met traditionele Chinese geneeskunde en psychotherapie toegepast.
Diverse patiënten waarbij behandelingen niet hebben gebaat, zijn gedeeltelijk invalide door de dystrofie. Door vele teleurstellingen tijdens de behandeling hebben ze niet meer de moed om nog niet geprobeerde therapieën te ondergaan. Voor deze groep mensen is het belangrijk dat ze proberen hun leven zo in te richten dat stress vermeden kan worden. Als iemand met posttraumatische dystrofie zich psychisch beter voelt, dan heeft dit een gunstig effect op de aandoening. Daarnaast blijft het zeer belangrijk het aangedane lichaamsdeel dagelijks te oefenen, eventueel onder regelmatige controle van een therapeut. Door het oefenen kunnen we voorkomen dat het aangedane lichaamsdeel verstijfd en in een starre stand komt vast te zitten.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten