"Leven met Posttraumatische Dystrofie - CRPS na bedrijfsongeval"

Sinds 2007 heb ik Posttraumatische Dystrofie door een bedrijfsongeval aan beide knieën opgelopen. Vanaf dat moment is mijn leven in een klap zeer ingrijpend veranderd.

Voor mij zijn er inmiddels al enkele "verloren" jaren gepasseerd, waarbij door diverse artsen, de voorbereidingen, de onvoldoende aandacht, de vooroordelen, de verkeerde diagnose, de verkeerde medicijnen, de onjuiste uitspraken er allen voor hebben gezorgd dat mijn Posttraumatische Dystrofie aandoening (beiderzijds) inmiddels van de acute fase in de chronische fase terecht is gekomen, wat verstrekkende gevolgen heeft voor mijn toekomst.


Vandaar dit informatie BLOG op internet over CRPS & bedrijfsongeval. Hopelijk kunnen slachtoffers en/of patiënten via WANDOU'S CORNER sneller bruikbare informatie, links, tips, etc. vinden.

TIP: Sinds 2010 ben ik onder behandeling van een deskundig pijnbehandelcentrum (het LUMC) in Leiden. Hier worden CRPS patienten daadwerkelijk serieus genomen en tevens zeer deskundig behandeld.

Sinds februari 2011 is er helaas ook CRPS/Posttraumatische Dystrofie in mijn rechter enkel/voet ontstaan!!!


"Posttraumatische dystrofie is een zeer ernstig te nemen aandoening."

"Ziektebeeld"
Posttraumatische Dystrofie (PD) is een complicatie die na een letsel of een operatie aan een ledemaat, arm of been ontstaat. De ernst ervan staat los van de ernst van het letsel. Zo kan een klein letsel, bijvoorbeeld een kneuzing van de hand, een ernstige vorm van PD geven. Een zwaar letsel, zoals een gecompliceerde enkelbreuk, kan in lichte mate PD tot gevolg hebben. PD is een van de belangrijkste oorzaken van functieverlies en invaliditeit na ongevallen of operaties aan een ledemaat. Alle weefsels en alle functies van een arm of been kunnen door PD worden aangetast. Er kan ernstige invaliditeit en moeilijk te behandelen pijn optreden. De patiënt kan in een maatschappelijk en sociaal isolement terecht komen. Jaarlijks krijgen 8.000 mensen deze complicatie na een letsel. In enkele gevallen ontstaat PD spontaan. Het overgrote deel van de 8.000 mensen geneest binnen korte tijd, veelal zonder restverschijnsel. De overige patiënten krijgen te maken met een langdurige of zelfs chronische situatie. Naar schatting zijn er tenminste 20.000 chronische PD-patiënten in Nederland. Posttraumatische dystrofie is een aandoening die bij alle leeftijden voor komt, maar vaker bij mensen tussen de 45 en 60 jaar en meer bij vrouwen (75%) dan bij mannen. Ook is het een aandoening die wereldwijd wordt aangetroffen zoals in Amerika, Engeland, Duitsland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, Frankrijk, België, Italië, Zuid-Afrika, Canada, Australië, Nieuw-Zeeland. Posttraumatische dystrofie is in Nederland ook bekend onder de namen Sudeck Dystrofie (of Atrofie) en Sympathische Reflex Dystrofie. Er zijn heel veel benamingen voor en in de literatuur worden wel 50 verschillende namen vermeld. De laatste tijd komt de term CRPS type I (Complex Regionaal Pijnsyndroom) steeds meer in opgang. De gangbare Amerikaanse benaming is Reflex Sympathetic Dystrophy (RSD).

"Theorieën"
Er is een aantal theorieën over het ontstaan van PD waarbij de theorie over de (over)reactie van het sympathisch zenuwstelsel en de ontstekingstheorie op de voorgrond staan.

"Sympathische reflex theorie"
Het ontstaan van PD wordt in deze theorie toegeschreven aan een over-reactie van het sympathisch zenuwstelsel. De verstoring van het sympathisch zenuwstelsel leidt tot veranderingen in kleur, temperatuur en zweten van het lidmaat. Niet alle verschijnselen van PD kunnen vanuit deze stoornis worden verklaard.

"Abnormale ontstekingsreactie theorie"
PD is, volgens deze theorie, een abnormale (steriele) ontstekingsreactie waarbij zuurstofradicalen een grote rol spelen. Er zouden teveel zuurstofradicalen worden gevormd waardoor gezond weefsel beschadigd wordt. Het normale herstel zou uit de hand lopen. De kenmerkende verschijnselen bij een ontsteking zijn roodheid, zwelling, warmte, functiestoornis en pijn.

"Theorie en bewijs: lokale neurogene ontsteking"
Er wordt vanuit gegaan dat op basis van weefselschade er een ontstekingsreactie tot stand komt die primair tot doel heeft tot genezing te leiden, maar echter op hol slaat. De ontstekingsreactie heeft tot gevolg dat er lekkage van zenuweiwit ontstaat. Dit heeft vervolgens weer tot gevolg dat er in de beslisstations in het ruggenmerg en hogere centra, veranderingen optreden die leiden tot ontregeling van het onwillekeurig zenuwstelsel en de symptomen van allodynie, dystonie en spasme.

Bewijsvoering: er is aangetoond dat bij posttraumatische dystrofie sprake is van een lokale neurogene ontsteking.

"Symptomen"
De symptomen van posttraumatische dystrofie zijn:


I. 4 of 5 van de volgende symptomen:
- onverklaarbare diffuse pijn, veelal brandende pijn en in een gebied groter dan het oorsponkelijk letsel
- verschil in huidskleur (rood of blauw)
- diffuus oedeem, zwelling
- verschil in huidtemperatuur (warmer of kouder dan het andere ledemaat)
- actieve bewegingsbeperking o.a. door pijn en stijfheid

II. het ontstaan of verergeren van symptomen na inspanning

III. symptomen in een gebied aanwezig groter dan het gebied van het eerste letsel of operatie, en in ieder geval in het gebied distaal van het eerste letsel. Deze symptomen verergeren na inspanning waarbij na hele korte tijd al een verheviging van bovenstaande reacties kan optreden. De pijn kan extreme vormen aannemen. Bij ongeveer 5% is er sprake van een zogenaamde koude dystrofie en is het ledemaat koud en blauw.

Andere verschijnselen die op kunnen treden zijn:

"Sympathische verschijnselen"
Overmatige zweetafscheiding: het ledemaat kan kletsnat worden. Veranderde nagel- en haargroei: op het ledemaat kunnen lange haren gaan groeien en de nagels groeien snel.

"Zenuwaantasting"
Er kan een grote gevoeligheid voor pijnprikkels ontstaan. Behalve dat men de pijn 'van binnen' voelt kan er ook zogenaamde aanrakingspijn aanwezig zijn. Men kan het niet verdragen als de huid, hoe licht ook, bijvoorbeeld met een veertje of wattenbolletje, wordt aangeraakt. Er kan een verminderd tastgevoel ontstaan of men ervaart dat het ledemaat niet meer bij het lichaamsschema hoort (het gevoel of de hand bijvoorbeeld erg ver weg is). De spierkracht neemt snel af en men heeft geen kracht meer om een kopje vast te houden of een zware deur te openen of een stukje te lopen. In ernstige gevallen kan de totale spierkracht verloren gaan en is er sprake van een (pseudo)-paralyse. Men heeft een verlamming maar op een EMG-onderzoek is er geen afwijking te zien.

"Tekenen van dystrofie of atrofie"
Na maanden kan het ledemaat er schraal en ingevallen uit gaan zien omdat het onderhuids vetweefsel en de spieren grotendeels verdwenen zijn. Op een röntgenfoto is vaak botontkalking te zien. Ook kunnen de gewrichten onherstelbare schade hebben opgelopen. Verdere complicaties kunnen zijn: contracturen, moeilijk te genezen zweertjes, enorme zwelling, ongecontroleerde bewegingen, verkrampingen. Het is mogelijk dat de PD uitbreidt naar andere ledematen. Wanneer men genezen is, is de kans dat PD terugkomt, er een recidief is, aanwezig.

Hoe snel moet men erbij zijn?
Diagnose en behandeling binnen de drie maanden na het zich inzetten van de aandoening is cruciaal. Men moet dus snel op blijvende pijn na operatie of ongeval reageren en/of doorverwijzen, en het niet afdoen als, "het zal wel beteren". Indien men reageert op je pijn en de CRPS snel ontdekt, dan heb je als patiënt nog alle kansen om te verbeteren. De aandoening is nog maar in de prille beginfase en kan nog gestild worden, zodat de gevolgen minimaal zijn. Voorwaarde is wel dat de behandeling die men je geeft aanslaat. Er zijn ondertussen al veel verschillende behandelingen om uit te kiezen. Weet dat in een aantal gevallen niets aanslaat en de aandoening toch erger wordt.

Wat is een botscan?
Een trifasische botscan is een van vele onderzoeken die een arts kunnen helpen de diagnose te stellen. CRPS is echter een klinische diagnose, d.w.z. dat een arts, in de eerste plaats, reageert op de symptomen. Een botscan is geen middel om ja/neen de diagnose te stellen. Een trifasische botscan kan positief/negatief zijn al naargelang het stadium waarin je verkeert. Tot hiertoe kent CRPS geen enkel onderzoek dat precies kan vaststellen of je de aandoening hebt of niet. Je klachten, je historiek, de tekenen en symptomen zijn uiterst belangrijk.

Is CRPS psychologisch?
Er is geen bewijs dat de aandoening psychologisch is. Er zijn al een aantal bewijzen geleverd dat de aandoening fysisch is; zo werd bvb. in de jaren 90 onderzoek verricht aan de universiteit van Nijmegen, waarbij men kon aantonen dat de zenuwen van CRPS patiënten dezelfde soort schade vertonen als die van diabetici.

Komt het enkel bij mensen voor?
Neen. Er zijn gevallen van CRPS bekend bij honden.

Hoe zit het met pijn?
De pijn bij CRPS is zeer moeilijk onder controle te krijgen. De pijn, die niet wijkt, is hoger dan die van niet-terminale kanker, en hoger dan de pijn bij een eerste bevalling. De behandeling moet dan ook aangepast zijn aan de pijn die je hebt.

Kan het zich verspreiden?
Ja. In 70% van de gevallen kan het zich verspreiden. Eerst doorheen het aangetast lidmaat, vaak naar het uiteinde: naar hand, voet, schouder. Het kan zich spiegelen, d.w.z. verspreiden naar het tegenoverliggend lidmaat, bvb. van been naar been. Of CRPS kan verspringen, bvb. van been naar arm. Volgens het boek, "Living with RSDS", van Linda Lang & Peter Moskovitz, MD kan bijna elk deel of systeem van het lichaam aangetast raken. Abnormaliteiten van de ademhaling, van het hart, of de spijsvertering kunnen ontstaan. Ook darm en blaas dysfuncties kunnen voorkomen.

Zijn er ook dingen die men niet mag doen?
Ja. De sympathectomie, zowel chirurgisch en chemisch; een permanente zenuwblokkade met zware gevolgen. Amputatie. Chirurgische procedures op het aangetaste lidmaat. Gipsen. Immobiliteit. Toepassing van ijs. Deze dingen zorgen er vaak voor dat CRPS zich meer gaat manifesteren dan voorheen, of ze hebben een negatief, onvoorspelbaar effect op de aandoening. Men moet erg voorzichtig zijn met deze "behandelingen", en in geval van een dringend noodzakelijke chirurgische ingreep moet men de nodige voorzorgen nemen.

Wanneer stopt het?
Volgens het boek, "Living with RSDS", van Linda Lang & Peter Moskovitz, MD dat dit in het algemeen beschouwd, kan CRPS duren van een paar weken tot de rest van je leven. Er kunnen periodes zijn van remissie, waar de tekenen en symptomen minder worden of verdwijnen, maar dat kan niet uitsluiten dat het niet plots weer erger wordt, zonder aanleiding of door een nieuw ongeval of nieuwe operatie.


EEN BEDRIJFSONGEVAL EN DAN?

Tip 1
Ga bij klachten direct naar uw huisarts! Het liefst nog dezelfde dag, maar in ieder geval zo spoedig mogelijk. Aarzel niet bij uw huisarts een bezoek te brengen, ook als u denkt dat het wel meevalt. Niet alle gevolgen van opgelopen letsel zijn direct te overzien. U doet er goed aan om alle klachten die u na het ongeval bij u zelf bemerkt direct met uw huisarts te bespreken. Wellicht denkt u later dat het bezoek aan de arts achterwege had kunnen blijven. Dat is dan heel prettig, omdat u dan voorspoedig bent hersteld. In een slechter geval, wanneer u wel klachten houdt voor een langere tijd is het goed wanneer de huisarts direct op de hoogte is gebracht. Er kan dan informatie over uw klachten worden ingewonnen vanaf kort na het ongeval hetgeen een vervelende discussie met de aansprakelijke verzekeraar kan voorkomen.

Tip 2
Schakel een belangenbehartiger (Letselschadebureau + indien nodig ook de Arbeidsinspectie) in, voordat verdere contacten met de tegenpartij of diens verzekeraar plaatsvinden. Uw belangenbehartiger kan u van advies voorzien of kan zelf de contacten voor u laten plaatsvinden. Zorgt u er in ieder geval voor dat er een belangenbehartiger tijdens een bezoek van de verzekeraar (of een door de verzekeraar ingeschakelde schaderegelaar) aanwezig is. Nog beter is het om niet zelf op een verzoek van de verzekeraar voor zo’n bezoek in te gaan. Ook is het natuurlijk van belang dat zo spoedig mogelijk een aansprakelijkstelling wordt verzonden om uw belangen veilig te stellen.

Tip 3
Houdt vanaf het begin uw schade bij. Dit voorkomt dat u later zaken over het hoofd ziet of dat noodzakelijk bewijs van gemaakte kosten niet meer voorhanden is.



"DIVERSE BELANGRIJKE SCHADEPOSTEN"

1. Smartengeld

2. Reiskosten/kosten begeleiding
- artsen ziekenhuis, fysiotherapie, bedrijfsartsen e.d.
- extra kosten i.v.m. reizen b.v. auto i.p.v. fiets
- grotere auto i.v.m. rolstoelvervoer.
- eigen bijdrage aangepast vervoer.
- opgenomen vakantiedagen voor bijvoorbeeld de begeleiding en verzorging van kinderen.

3. Extra reiskosten:
- taxikosten of reiskosten gemaakt door vrienden/familie.

4. Verlies verdienvermogen niet alleen het verschil in bruto-salarismaar ook:
- pensioenverlies waaronder ook de gevolgen voor uw nabestaanden
- spaarloonregeling levensloopregeling
- verlies reiskostenvergoeding (het deel dat bijdraagt aan de vaste lasten)
- onkostenvergoeding (voorzover daar geen reële kosten tegenover stonden)
- loon in natura als kleedgeld, lunch, koffie, soep etc.
- representatiekosten
- (automatische) salarisverhoging
- provisie tantième bonus winstdeling 13e maand gratificatie
- ziekenfondspremies en premies wao-gat spaarregelingen- premie ongevallen/invaliditeitsverzekering (vaak via CAO geregeld)
- vakantiegeld vakantiebonnen
- lagere fiscale aftrekposten of aftrek tegen een lager tarief
- gemis aanvullende alleenstaande ouderkorting of arbeidskorting
- gemis lease-auto
- gemiste vergoedingen voor kinderopvang.
- verstrekking bij 125 of 25 jarig dienstverband
- uitgaven voor scholing

5. Verlies van rechten in de sociale zekerheid:
Het komt bijvoorbeeld nogal eens voor dat een slachtoffer na een ongeval in de WW belandt. Een eenmaal gebruikt WW-recht dient weer opgebouwd te worden.

6. Annuleringen/afzeggingen/zinloos geworden uitgaven:
- vakanties die al geboekt zijn
- abonnementen op bijv. sportschool dansles
- cursuskosten examengelden nutteloos geworden studieboeken
- zinloos geworden (doorlopende) uitgaven voor bijvoorbeeld een paard, een motorfiets, een boot. terwijl het niet meer mogelijk is daar gebruik van te maken.

7. Ziektekosten:
- eigen risico- verlies van no-claim voor de ziektekostenverzekering- niet verzekerde kosten fysiotherapie, alternatieve geneeswijzen, opvang e.d.
- toekomstige ziektekosten bijvoorbeeld bij tandheelkundige protheses: een brug is niet voor de eeuwigheid bedoeld. Ook orthopedische hulpmiddelen hebben vaak een beperkte levensduur.

8. Aanpassingen van de thuissituatie:
- verplichte verhuizing vanwege immobiliteit o.i.d.
- extra verwarmingskosten vanwege gedwongen thuiszitten.
- aangepast meubilair
- aangepaste woning
- kinderoppas
- oppas vanwege arts/ziekenhuis bezoek

9. Telefoonkosten/porti/kopieerkosten

10. Huishoudelijke hulp:
- door vrienden/familie- door ingehuurde kracht- Ook in het geval van inwonen bij anderen vanwege de verzorging
- verpleeghulp

NB let op bij het waarderen van de eigen bijdrage AWBZ. Soms is het gevolg van een uitkering van de verzekeraar dat men een hogere eigen bijdrage moet gaan betalen.

11. Zelfwerkzaamheid:
Soms verrichten betrokkenen aanzienlijke werkzaamheden aan bijv. een woning om deze woning dan 5 jaar later met winst te verkopen. Ook dit kan een aanzienlijke schadepost zijn.
- schilderwerkzaamheden
- tuinieren
- opknappen/verbouwingen
- auto wassen
- hulp bij verhuizing

12. Verzekeringen:
- de onmogelijkheid verzekeringen en/of hypotheken af te sluiten (tegen normale voorwaarden). Hogere premie of uitsluitingen
- noodzaak verzekering af te sluiten i.v.m. Handicap bijvoorbeeld een verzekering voor het ene oog als het andere verloren is gegaan door een ongeval.

13. Vakanties/Sport en Spel:
- hogere kosten omdat slapen op een luchtbed of varen met een boot niet meer gaat.
- renteverlies bij een aanschaf bijvoorbeeld caravan i.p.v. tent.
- kosten van aangepaste sportbeoefening een sportrolstoel bijvoorbeeld maar ook de hogere reiskosten omdat de training en de wedstrijden niet naast de deur plaatsvinden

14. Schadebeperkende maatregelen:
- Vaak is het mogelijk om schade te beperken maar die maatregelen kunnen soms zeer kostbaar zijn. Denkt u daarbij aan het inschakelen van Arbeidsdeskundige of reïntegratie-instellingen. Wanneer iemand kosten maakt die bedoeld zijn om de schade te beperken komen deze voor vergoeding in aanmerking. Ook wanneer de maatregelen niet succesvol zijn. Voldoende is dat er een redelijke grond bestond om te denken dat die maatregelen succesvol konden zijn. De schadebeperkingsplicht rust overigens ook op de aansprakelijke partij.

15. Zelfstandigen naast het verlies arbeidsvermogen
- verlies fiscale mogelijkheden afschrijvingen FOR zelfstandigen aftrekmogelijkheid auto op de zaak te zetten etc.
- gedwongen verkoop bedrijfbedrijfspand of bedrijfsmiddelen


Letselschade is onder te verdelen in materiële schade en immateriële schade oftewel smartengeld.

Materiële schade
Materiële schadeposten zijn onder te verdelen in kosten van herstel, kosten inzake blijvende invaliditeit, verlies van arbeidsvermogen (inkomstenderving) en verlies van doe-het-zelf capaciteit.

Kosten van herstel
Hieronder vallen zowel geneeskundige kosten, voor zover niet verhaalbaar via het Ziekenfonds of de Ziektekostenverzekeraar, alsmede de hiermee verbandhoudende kosten zoals aanschaf ziekenhuiskleding, reiskosten voor ziekenhuisbezoek, vervolgbezoeken artsen, telefoonkosten etc.

Kosten inzake blijvende invaliditeit
Dit kunnen kosten zijn met betrekking tot het aanbrengen van aanpassingen aan de woning of de auto. Ook kosten voor aanschaf van hulpmiddelen vallen hieronder. Deze kosten zijn verhaalbaar voor zover bijvoorbeeld de gemeente of bedrijfsvereniging geen vergoeding toekent.

Verlies van arbeidsvermogen (inkomstenderving)
Als gevolg van een ongeval kan men (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt raken waardoor men in inkomen terugvalt. Het verschil tussen enerzijds het oorspronkelijke inkomen en de te verwachten inkomensgroei en anderzijds de ontvangen uitkering (bijv. WAO/Wajong of WW) wordt aangeduid als inkomstenderving en komt voor vergoeding in aanmerking.

Verlies van doe-het-zelf capaciteit
Door een ongeval is het mogelijk dat men het huishoudelijk werk of het onderhoud aan het huis of tuin niet meer zelf kan verrichten. Dit verlies van zelfverdiencapaciteit wordt op een geldbedrag gewaardeerd, zodanig dat deze werkzaamheden tegen betaling aan een ander kunnen worden uitbesteed.

Immateriële schade
Immateriële schade oftwel smartengeld is een vergoeding voor schade wegens geleden en nog te lijden pijn, smart en/of gederfde en nog te derven levensvreugde. Het is dus een vergoeding voor leed; voor gekwetste gevoelens.

Het is moeilijk deze schade op geld te waarderen omdat deze niet exact is uit te rekenen. Voor het bepalen van smartengeld is het nodig dat de aard en de ernst van het letsel wordt vastgesteld. Vervolgens kan het bedrag voor smartengeld worden berekend aan de hand van vergelijkbare rechterlijke uitspraken.


Het Complex Regionaal Pijn Syndroom

CRPS, of posttraumatische dystrofie is een uitermate pijnlijke- en vaak invaliderende aandoening die doorgaans ontstaat na een botbreuk, een operatie of een ander lichamelijk trauma. Zowel over het ontstaan als de beste behandeling ervan tasten artsen en onderzoekers nog vrijwel in het duister. In Nederland hebben een aantal wetenschappelijke instellingen de handen in elkaar geslagen om deze aandoening te onderzoeken. Trend heet dit onderzoek, wat staat voor Trauma RElated Neuronal Dysfunction. Het is ten eerste de bedoeling om uniforme criteria en objectieve meetmethoden op te stellen voor de diagnose van de aandoening. Om uiteindelijk tot effectieve therapieën bij CRPS te komen, is het nodig meer te weten over de factoren die een rol spelen bij het ontstaan van de aandoening. Mogelijk gaat het om een verzameling van nauw verwante aandoeningen, elk met een eigen ontstaansgeschiedenis. Voorlopig gaan de onderzoekers ervan uit dat twee mechanismen een belangrijke rol spelen bij het ontstaan van CRPS. Ten eerste neuronale inflammatie, dat wil zeggen een ontstekingsproces in de zenuwen. En ten tweede centrale sensitisatie, het fenomeen dat aanhoudende, acute pijn in een orgaan of weefsel via een aantal biochemische processen, zoals de aanmaak van extra receptoren in het zenuwweefsel, na verloop van tijd leidt tot chronische pijn, waarbij de oorspronkelijke pijnprikkel niet langer de uitlokkende factor is. Ten slotte willen de onderzoekers de verschillende behandelingsmethoden op hun waarde testen. Therapieën, zoals vaatverwijders, corticosteroïden of vrije radicalenvangers of het aanbrengen van een zenuwblokkade, werken niet bij iedereen. Sommige patiënten genezen spontaan, andere na een behandeling en naar schatting twintig procent van de patiënten met CRPS geneest niet en raakt blijvend invalide door de aandoening.

De algo(neuro)dystrofie of syndroom van Sudeck is een pijnlijke ziekte met uiteenlopende klinische symptomen. Ze tast meestal de voeten, de handen of de schouders aan; ook andere gewrichten kunnen getroffen worden. De oorzaak is nog onbekend. Tien procent van de vastgestelde algodystrofieën evolueren naar een chronische vorm. Een vroegtijdige diagnose en medische verzorging bieden evenwel een grotere kans op snelle genezing. Algodystrofie komt voor op alle leeftijden, zowel bij mannen als vrouwen. Bij kinderen is de ziekte meestal minder ernstig en geneest ze sneller dan bij volwassenen. De ziekte heeft heel veel verschillende namen,in de literatuur zijn er zo'n 50 bekend.Vooral ook post-traumatische Dystrofie wordt veel gebruikt,evenals Sudeck Dystrofie (of Atrofie) en Sympathische Reflex Dystrofie. De laatste tijd komt de term CRPS type I (Complex Regionaal Pijnsyndroom) steeds meer in opgang. De gangbare Amerikaanse benaming is Reflex Sympathetic Dystrophy (RSD).

Oorzaken:
• De oorzaak van de aandoening blijft onbekend, maar in meer dan 80% van de gevallen kan er wel een oorzaak aangewezen worden.

De meest voorkomende factor (bij 50 tot 70% van alle algodystrofieën) is een traumatisme, een verwonding:
- verbrijzeling van een ledemaat,
- breuk, luxatie, verstuiking,
- verbranding,
- door een wapen veroorzaakte wonde,
- eenvoudige kneuzing.

• Andere factoren zijn:
- orthopedische heelkunde (zelfs minder belangrijke), artroscopie
- hart- of vaatchirurgie (zeldzamer)
- immobilisatie d.m.v. gips
- pijnlijke kinesitherapie
- geneesmiddelen (barbituraten, isoniazide)
- puncties en infiltraties zelfs wanneer deze correct werden uitgevoerd,
- reumatische, cardiovasculaire, ademhalingsaandoeningen of neurologische aandoeningen
- zwangerschap

• Andere individuele factoren lijken het optreden van een algodystrofie te bevorderen:
- hypertriglyceridemie,
- hyperthyroïdie
- psychologische factoren: bij een patiënt op drie stelt men overdreven reacties vast op stress (angst, paniek) alsmede een neiging tot depressie of een narcistische persoonlijkheid. Algodystrofieën zijn daarentegen zeldzaam bij vastbesloten of ambitieuze personen.

Symptomen:
Men moet aan algoneurodystrofie denken bij elke blijvende pijn, vooral wanneer die optreedt tijdens de verbetering van een van de mogelijke oorzakelijke factoren. In de evolutie van de algodystrofie onderscheidt men klassiek drie stadia:

Stadium I of de warme fase:
Wordt gekenmerkt door ernstige en brandende pijn met variabele intensiteit die door beweging en oefening erger wordt. Die verergering van de pijn bij oefening lijkt het meest vroegtijdige symptoom van algodystrofie te zijn. Functionele invaliditeit evoluerend naar toenemende stijfheid komt frequent voor. De fase wordt als warm gekwalificeerd wegens de plaatselijke ontsteking. Roodheid, warmte en plaatselijke zwelling zijn klassiek hoewel niet constant. Een gelokaliseerd bovenmatig zweten of een glimmende huid zijn ook mogelijk. De gemiddelde duur van fase I bedraagt 3 maanden. In de minder ernstige gevallen duurt die fase enkele weken, verzacht dan spontaan of reageert vlug op de behandeling. Ze kan soms ook langer duren.

Stadium II of de koude fase:
De pijn verergert nog en wordt vager. De huid verschrompelt en wordt bleek, een gevoel van koude. Het oedeem verspreidt zich en wordt steeds erger. Soms uitvallen van de lichaamsbeharing, de nagels worden bros, barsten of krijgen een gestreept uiterlijk. Er vestigt zich een osteoporose, eerst pleksgewijs, vervolgens meer gemarkeerd en diffuus. Het gewricht zwelt op. De spieren verschrompelen.

Fase II kan 3 tot 6 maanden duren.

Stadium III of de stabiliseringsfase:
De pijn verdwijnt geheel of gedeeltelijk. De symptomen worden uiteindelijk onomkeerbaar. Voor een groot aantal patiënten wordt de pijn resistent tegenover elke behandeling en kan die het ledemaat in zijn totaliteit betreffen. Sterke verzwakking van de spieren. De gewrichten van de voet of de hand worden extreem zwak; ze hebben een beperkte beweeglijkheid. Een beperkt percentage patiënten ontwikkelt een veralgemeende over het hele lichaam.

Behandeling:
Er bestaat geen consensus over de behandeling van algodystrofie. Bepaalde auteurs stellen dat genezing zelfs zonder therapie mogelijk is, anderen beweren dan weer het tegendeel. Een ding is zeker: zodra de diagnose gesteld is, moet men met de behandeling beginnen om de duur van de aandoening te beperken. De overgang van een behandeling naar een krachtiger behandeling is maar gerechtvaardigd in geval van mislukking of bij zware intolerantie ten opzichte van de aanvankelijke behandeling.

• Indien de diagnose in de warme fase wordt gesteld, moet een behandeling met zalmcalcitonine of salcatonine aangevat worden. Die is 50 maal krachtiger dan de menselijke calcitonine, maar moet wel met een injectie of via een neusspray toegediend worden. Enkel de injecteerbare bereidingen worden voor het ogenblik terugbetaald. De neusspray is voorbehouden aan patiënten die lijden aan de ziekte van Paget of vertebrale verzakkingen bij osteoporose. Braakneigingen, misselijkheid en flushes (roodheid in het gezicht) zijn frequente ongewenste effecten bij het begin van een behandeling met injecties. Een onderhuidse injectie 's avonds (vanaf 17 uur) wordt over het algemeen beter verdragen dan op een ander ogenblik van de dag. De toediening van een antibraak middel beperkt de misselijkheid aanzienlijk. Het gebruik van een antihistaminicum werkt het flusheffect van de calcitonine tegen.

• Betablokkers geven eveneens goede resultaten, vooral op de pijn in het eerste stadium. De dosissen moeten individueel aangepast worden.

• De kinesitherapie die altijd pijnloos moet blijven, bestaat in een actieve eventueel geassisteerde mobilisering, balneotherapie en wisselbaden. De katroltherapie, de houdingen en de passieve mobilisering moet men vermijden. De kinesitherapie mag nooit in een hyperalgetische fase (toegenomen gevoeligheid en verlaagde pijndrempel zoals bij oppervlakkige verbranding van de huid) voorgesteld worden.

• Paracetamol en niet-steroïdale ontstekingsremmers zijn niet efficiënt. Infiltraties met corticoïdenbezinksels zijn daarentegen wel efficiënt.

• Indien de behandeling niet aanslaat, kan een speciale behandeling worden gevolgd in een pijnkliniek. Die geeft goede resultaten maar is zeer pijnlijk en is af te raden bij hartpatiënten.

• Een andere behandeling die goede resultaten lijkt te geven bij hardnekkige gevallen, ook in het tweede stadium van de ziekte, bestaat in de toediening van bifosfonaten van de tweede generatie. De effecten op lange termijn zijn nog niet bekend. Ook deze behandeling is gereserveerd voor specialisten.


Diverse informatie

Hulpmiddelen
Goede hulpmiddelen zijn voor mensen met een beperking van groot belang. Medische hulpmiddellen bevorderen de zelfredzaamheid en het (langer) zelfstandig functioneren. De kwaliteit van een hulpmiddel heeft invloed op het dagelijks leven van de gebruiker.

Toegankelijkheid
De samenleving is nog onvoldoende toegankelijk. Een grote groep mensen kan daardoor niet meedoen aan maatschappelijke activiteiten. Uit eten, geld pinnen, internetten, theaterbezoek etc. Deze belemmeringen worden nog teveel onderschat.

Vervoer
Mensen met een handicap of chronische ziekte ondervinden beperkingen in hun mobiliteit. Als je beperkt bent in de mogelijkheden om je te verplaatsen, kun je niet volwaardig deelnemen aan de samenleving. Beperkingen in mobiliteit zijn daarom onacceptabel.

Patiënt en Zorg
Veel mensen met handicap of chronische ziekte zijn afhankelijk van zorg. Deze zorg geeft vorm aan hun dagelijks leven. Daarom moet de "zorgvrager" zelf de hoofdrol spelen bij het bepalen van de inhoud en vorm van deze zorg. Hou regie in eigen hand.

Waar kan je nu welke hulpmiddelen krijgen of lenen?

Waar kan je nu welke hulpmiddelen krijgen of lenen?


AANVRAAG INVALIDEPARKEERKAART

AANVRAAG INVALIDEPARKEERKAART
Binnen de Europese Unie is een uniforme kaart ingevoerd die in alle lidstaten van de EU geldig is. Er zijn drie verschillende kaarten: de bestuurderskaart voor degene die zelf autorijdt, de passagierskaart voor degene die vervoerd moet worden en een kaart voor AWBZ-instellingen.

Criteria voor aanvraag
Met de invoering van de GPK worden ook de criteria, waaraan moet worden voldaan om voor een parkeerkaart in aanmerking te komen, herzien. Voor zowel bestuurders als passagiers geldt dat men ten gevolge van een handicap een loopbeperking moet hebben van langdurige aard (tenminste 6 maanden). De aanvrager is niet in staat zelfstandig meer dan 100 meter te overbruggen.

Medische keuring
In alle gevallen (bij een eerste aanvraag of verlenging van de kaart) moet een medisch advies duidelijk maken of er recht op een parkeerkaart bestaat. Deze medische keuring gebeurt door A-Rea. Afhankelijk van de situatie kan A-Rea u oproepen voor een onderzoek. Ook is het mogelijk dat de A-Rea arts volstaat met een dossieronderzoek en informatie van de behandelend arts. U hoeft dan niet zelf langs te komen. De uitkomst van het onderzoek wordt vastgelegd in een beschikking. Het kan 1 tot 2 maanden duren voor u de beschikking thuis krijgt. Als u permanent rolstoelgebonden bent en u zich uitsluitend kunt verplaatsen in een elektrische rolstoel, dan is er geen keuring nodig. In dit geval kunt u de beschikking binnen enkele dagen verwachten.

Strikt persoonlijk
De houder van de gehandicaptenparkeerkaart mag de kaart niet door anderen laten gebruiken als het parkeren niet rechtstreeks verband houdt met het vervoer van de invalide zelf. Bij een passagierskaart is de bestuurder van het motorvoertuig verantwoordelijk voor juist gebruik en niet de passagier.

Medische keuring bij verlenging parkeerkaart niet meer verplicht

Het is voor mensen met een blijvende beperking niet meer nodig elke vijf jaar een medische herkeuring te ondergaan om hun gehandicaptenparkeerkaart te laten verlengen. Een groot deel van de gehandicaptenparkeerkaarten wordt automatisch verlengd. Dit is een gevolg van een wijziging van de Regeling gehandicaptenparkeerkaart (GPK) die op 3 april 2008 is ingegaan.

Parkeerbeleid gehandicaptenparkeerkaart
Iedere gemeente in Nederland is vrij om een eigen beleid te voeren in zake vrij parkeren met een gehandicaptenparkeerkaart. Raadpleeg voordat u een uitstapje gaat maken het landelijk overzicht van het gemeentelijk parkeerbeleid. Let op: parkeert u in een parkeergarage of op een afgesloten parkeerterrein dan moet u altijd betalen, ook al parkeert u daar op een invalidenparkeerplaats. In het algemeen geldt dat houders van een gehandicaptenparkeerkaart mogen parkeren op iedere openbare parkeerplaats. De kaart geeft echter geen vrijstelling van het betalen van parkeergelden in welke vorm dan ook,evenmin kan met de kaart worden geparkeerd op plaatsen die door gemeenten gereserveerd zijn voor parkeervergunninghouders (wel maken veel gemeentes hier een uitzondering op)

op algemene invalidenparkeerplaatsen
- voor onbeperkte tijd in een parkeerschijfzone (ook buiten de vakken) waar voor anderen een beperkte tijd is aangegeven (parkeerschijf is niet verplicht)


Met gebruik van een parkeerschijf en voor maximaal 3 uren mag geparkeerd worden:
- buiten de vakken in een woonerf
- op plaatsen waar een parkeerverbod geldt
- langs een gele onderbroken streep (een gele doorgetrokken streep geeft een stopverbod aan. Hier mag nooit worden geparkeerd)

Tips in de omgang "mensen met een handicap":

• Behandel de ander zoals je zelf behandeld zou willen worden!
• Bedenk dat de grens tussen "gezond" en gehandicapt uiterst klein is. Zelf kan je ook opeens morgen in zo'n stoel zitten.
• Zie de ander als een volwaardig persoon. Dat iemand in een rolstoel zit wil nog niet zeggen dat hij/zij direct gek of seniel is.
• Betuttel niet. De meeste gehandicapten zijn erg zelfstandig en vragen het wel als ze hulp van je nodig hebben.
• Geef een volwassen gehandicapte niet zomaar een euro om een ijsje te gaan kopen. Praat niet tegen hem/haar alsof je een tweejarige peuter voor je hebt.
• Negeer een gehandicapte niet uit angst maar maak eerder je moeiten bespreekbaar.
• Verzwelg niet in het medelijden voor de ander, de meeste gehandicapten vinden het vreselijk om zielig gevonden te worden.
• Verplaats iemand in een rolstoel niet zomaar ongevraagd even, dit geeft een erg kleinerend gevoel.
• Ga niet zomaar op iemands rolstoel hangen omdat je dat wel makkelijk vind.
• De rolstoel is het verlengde van ons lijf en het is onplezierig als een ander daar zomaar over beschikt.
• WEES JEZELF!


donderdag 4 november 2010

Resultaten van enkele studies naar Complex Regionaal Pijn Syndroom


Incidentie van CRPS1 in Nederland
Lange tijd was onduidelijk hoe vaak CRPS nu eigenlijk voorkomt. Op basis van de gegevens in een huisartsen database (het Integrated Primary Care Information (IPCI) project) hebben we de incidentie van CRPS in Nederland geschat op 26.2 per 100.000 persoons-jaren. Grofweg zou je kunnen zeggen dat er per jaar iets meer dat 4000 mensen CRPS krijgen. Vrouwen krijgen de aandoening duidelijk vaker dan mannen (ratio 3.4). De gemiddelde leeftijd ligt rond de 52 jaar. De bovenste extremiteit is iets vaker aangedaan dan de onderste (ratio 1.5). Een fractuur is in de meeste gevallen het voorafgaande trauma (in 44% van de gevallen), gevolgd door een contussie/distorsie (18%) en een operatie (12%). In een minderheid (10%) ontstaat de CRPS spontaan [1].

Zes jaar follow-up van TNF-α en IL-6 bij CRPS1 patienten
Uit een eerder onderzoek is gebleken dat de proinflammatoire cytokines TNF-α and IL-6 verhoogd zijn in blaarvocht van de CRPS1 extremiteit, 6 maanden en 30 maanden (mediaan) na het ontstaan van de ziekte [2, 3]. Het doel van de follow-up studie was om de betrokkenheid van deze cytokines vast te stellen in chronische CRPS1. Twaalf CRPS1 patienten, met een duur van de ziekte van 72 maanden, namen deel aan de studie. De levels van TNF-α and IL-6 werden gemeten in blaarvocht en de ziekte activiteit werd gereevalueerd door het meten van pijn en verschil in temperatuur, volume en mobiliteit tussen beide extremiteiten. Verschillen in levels van de cytokines en mobiliteit waren significant verlaagd na 72 maanden. Pijn en verschillen in temperatuur en volume waren niet significant veranderd gedurende het beloop van de ziekte. Er werd geen correlatie gevonden tussen de levels van de cytokinese en de karakteristieken van de ziekte. Dit is in overeenstemming met eerder gevonden resultaten [4]. De resultaten duiden erop dat TNF-α en IL-6 maar voor een deel verantwoordelijk zijn voor de symptomen van CRPS1. Mogelijk spelen andere ontstekingsmediatoren, een combinatie van mediatoren of zelfs andere mechanismen een rol in de pathofysiologie van CRPS1 en kunnen deze deels het beloop van de ziekte verklaren [5].

Verhoogde plasma levels van glutamaat, glycine, en arginine in complex regional pain syndrome type 1
Verschillende ontstekingsmediatoren zijn geopperd als potentiele mede verantwoordelijken voor het ontstaan van CRPS1, maar deze kunnen niet of NMDA-receptor (bijv. glutamaat en glycine) en die zijn gerelateerd aan de arginine-stikstofoxide synthese (bijv. arginine en citrulline). Deze studie laat een aanzienlijke verhoging van aminozuur levels zien in 64 CRPS1 patiënten. De duidelijke verschillen in levels van glutamaat, glutamine, glycine, taurine en arginine tussen de patiënten en 51 gezonde controles, gematched op leeftijd en geslacht, suggereren de betrokkenheid van zowel het endotheel afhankelijke arginine-stikstofoxide systeem als ook de NMDA-receptor in CRPS1. Echter, er is geen bewijs gevonden dat de veranderingen van aminozuren in plasma oorzakelijk gerelateerd zijn aan de pathogenese van CRPS1. Er is namelijk geen correlatie gevonden met pijn en indicatoren van psychoneurose en emotionele instabiliteit [6].

Increased plasma serotonine in Complex Regional Pain Syndrome type 1
Er is gebleken dat bij patienten met CRPS1 er enige verbetering kan worden bereikt door toedienen van Ketanserine, een 5-HT2a receptor antagonist. Het doel van deze studie was om de plasma levels van serotonine (5-HT) te meten en deze te correlleren met de ziekte karakteristieken. In 35 CRPS1 patiënten tegenover 35 gezonde controles, gematched op leeftijd werden duidelijk verhoogde plasma concentraties gevonden. Deze bevinding suggereert een rol voor 5-HT in patiënten met CRPS1. Echter, vanwege het ontbreken van een correlatie met de opvallende karakteristieken van de ziekte, is 5-HT waarschijnlijk een van de vele mediatoren in de cascade van opeenvolgende processen die voorkomen gedurende de pijnlijke en invaliderende ziekte [7].

Het Bedrijfsongevallen Kenniscentrum


Een hand in de machine, een ladder die instort of een lelijke val op een gladde vloer. Jaarlijks worden enorm veel werknemers slachtoffer van een bedrijfsongeval.

Een bedrijfsongeval heeft vaak een grote impact op het leven van het slachtoffer, zijn partner en gezin. Zij krijgen te maken met zowel de financiële als emotionele gevolgen. Er komt van alles op hen af en men loopt tegen tal van vragen aan. Hoe moet het verder met het werk en de financiën? Wie is aansprakelijk? Of moet men zelf de schade dragen?

Iedere werknemer heeft recht op een veilige werkplek. Dat betekent dat de werkgever zijn medewerkers moet beschermen tegen (potentieel) gevaarlijke situaties. Laat hij dit na, dan is hij aansprakelijk voor de schade. Het Bedrijfsongevallen Kenniscentrum wil slachtoffers van bedrijfsongevallen en andere arbeidsgerelateerde letsels of ziekten informatie geven over hun rechten. Het kenniscentrum is een subspecialisatie van het Letselschade Kenniscentrum.

Uitglijden of struikelen
Situaties waarin men uitglijdt of struikelt zijn eenvoudig voor te stellen en van alle dag. Zij kunnen ook in werksituaties voorkomen en dan spreken we over een bedrijfsongeval. De oorzaken zijn eenvoudig voor te stellen: een gladde vloer of trap, gladde schoenen of een combinatie hiervan, rondslingerende voorwerpen, oneffenheden in de vloer, kabels of gewoon een misstap. In de werksituatie heeft de werkgever een zorgplicht om maatregelen te treffen om te voorkomen dat de werknemer uitglijdt of struikelt. Hij dient te zorgen voor een stroeve vloer – althans een vloer die niet glad is - of antislipschoenen, hij dient actie te nemen om de werkruimte vrij van obstakels te houden, waartoe hij instructies dient te geven en daar toezicht op moet houden, etc.

Arbeidsletsel - Wat is arbeidsletsel?
Arbeidsletsel is kort gezegd het gevolg van een werk(-omgeving) gerelateerd ongeval. De term ‘arbeidsletsel’ is een samenvoeging van Arbeidsrecht en Letselschade: twee van de expertises van Arbeidsletsel Advocaten. Arbeidsletsel beperkt zich niet tot het ‘klassieke’ bedrijfsongeval, zoals de ‘val van de steiger’, of de ‘klassieke’ beroeps-ziekten, zoals de ‘versleten knieën van de stratenmaker’. Onder arbeidsletsel verstaan wij zowel lichamelijk letsel als psychisch letsel, zoals de ‘nieuwe beroepsziekten’ overspannenheid en burn-out. En soms ook seksuele intimidatie, geweld en pesten. Slachtoffers van verkeersongevallen vallen vaak ook onder onze definitie van arbeidsletsel, namelijk wanneer men in de uitoefening van de werkzaamheden bij een verkeersongeval betrokken raakte of wanneer het verkeersongeval u overkwam in de uitoefening van de werkzaamheden van de tegenpar-tij. Iedereen kan dus slachtoffer worden van arbeidsletsel. Of u nu werknemer, ambtenaar, uitzendkracht, gepensioneerd, leerling, student, klant of zelfstandige bent.

Arbeidsletsel - Wie is aansprakelijk?
Vanaf het moment dat u contact met ons opneemt, nemen wij direct zorgen uit handen. Wij onderzoeken allereerst wie er aansprakelijk is. De ene keer ligt dit eenvoudig. Maar soms moet er een lange weg worden afgelegd voordat de aansprakelijkheid door de veroorzaker of diens verzekeraar wordt erkend, zeker in het geval een rechter zich moet buigen over de zaak omdat de wederpartij haar aansprakelijkheid betwist. En zoals bekend staan ook verzekeringsmaatschappijen doorgaans niet te popelen om tot schadevergoeding over te gaan.

Arbeidsletsel - De Gedragscode Behandeling Letselschade
Om de goede afhandeling van letselschades te bevorderen, is in 2006 door de Universiteit van Tilburg de Gedragscode Behandeling Letselschade opgesteld. Deze code verplicht de betrokkenen om de afhandeling van een letselschadeclaim binnen een redelijke termijn af te wikkelen, met een aanvaardbaar resultaat voor het slachtoffer en de wederpartij, via een proces dat zo min mogelijk kosten, tijd en emotionele lasten met zich meebrengt. Arbeidsletsel Advocaten hanteert deze gedragscode bij de behandeling van uw zaak als uitgangspunt. Wij zullen de wederpartij en alle andere betrokkenen in het afhandelingsproces hierop aanspreken en uiteraard mogen ook wij hierop worden aangesproken. Met dien verstande dat wij als advocaten altijd en onvoorwaardelijk partij kiezen voor onze cliënt.

Over ons - Daar word je beter van!
Arbeidsletsel Advocaten is specialist in de belangenbehartiging van slachtoffers die tijdens hun werkzame leven worden getroffen door bijvoorbeeld een verkeersongeluk, bedrijfsongeval of medische misser. Ons kantoor is gevestigd te Tilburg en gemakkelijk bereikbaar vanaf de A58, het Centraal Station en Station West (Universiteit van Tilburg). Wij behartigen de belangen van slachtoffers door heel Nederland. Arbeidsletsel Advocaten realiseert hun claims, verzilvert o.m. hun verminderde verdiencapaciteit en helpt hen eventueel op weg naar ander werk. Wij doen dit al vanaf 1994 met de unieke combinatie van kennis en ervaring op het gebied van letselschade, aansprakelijkheidsrecht, reïntegratierecht en arbeidsrecht, • de beschikbaarheid over een netwerk van medische en arbeidstechnische deskundigen, en
• de gedrevenheid om er voor slachtoffers met arbeidsletsel uit te halen wat erin zit.

Achter Arbeidsletsel Advocaten staat een team van in letselschade gespecialiseerde advocaten met in totaal 60 jaar advocatuurlijke ervaring. Een garantie voor deskundigheid, betrokkenheid en daadkracht.

Doortastende werkwijze
Arbeidsletsel Advocaten biedt u een sterke schouder en de verzekeringsmaatschappijen die u tegenover u krijgt een geduchte tegenpartij. Wij behartigen uitsluitend de belangen van slachtoffers en zorgen voor een optimale behandeling van uw claim. Oplossingsgericht denken en handelen, onmiddellijk de telefoon pakken, onderhandelen en de zaken efficiënt en snel regelen: dát is onze aanpak. Een schikking als het kan, al dan niet met behulp van mediation, een procedure als het moet.

Over ons - Een netwerk van experts
Hoe bedreven wij ook zijn in het voeren van onderhandelingen en procedures over arbeidsletsel, als wij niet kunnen beschikken over de feiten die er in ieder specifiek geval toe doen, kan er van een rechtvaardige schadevergoeding geen sprake zijn. Daarom hebben wij een hecht netwerk van ervaren deskundigen opgebouwd. Daartoe behoren medisch specialisten (variërend van neuroloog tot orthopeed en van psychiater tot revalidatiearts), arbeidsveiligheidsspecialisten, arbeidsdeskundigen, toxicologen, actuarissen en psychologen. In bepaalde gevallen wordt TNO Arbeid ingeschakeld. De expertise van deze deskundigen is onontbeerlijk om zelfstandig, zonder op de verzekeringsmaatschappij te zijn aangewezen, de feitelijke toedracht, het letsel en het causaal verband daartussen vast te stellen. Op basis van hun bevindingen zijn wij in staat de gevolgen van uw letsel zo breed mogelijk in kaart te brengen, wat noodzakelijk is voor uw optimale reïntegratie en maximale vergoeding van de schade.

Zo spoedig mogelijk naar een plan van aanpak
Met Arbeidsletsel Advocaten als partner bent u verzekerd van een persoonlijke, op maat gesneden benadering. Met uw opdracht aan ons - ervoor zorgen dat u zo snel mogelijk de draad weer kunt oppakken door uw schade voortvarend te behandelen en af te wikkelen - gaan wij direct aan de slag. ‘Tempo maken’ is van groot belang. Bewijs kan immers in de loop der tijd verloren gaan en de herinneringen van getuigen vervagen. Verzekeringsmaatschappijen hebben een lange adem en de ervaring leert dat naarmate de afhandeling van de zaak langer duurt u eerder geneigd bent tegen minder gunstige voorwaarden te schikken. Wij zorgen er voor dat de verzekeringsmaatschappij vaart maakt met de afhandeling en dwingen dit desnoods in kort geding af
Op maat gesneden ‘plan van aanpak’

Voor een optimaal resultaat is heldere communicatie en een strak geregisseerd plan van aanpak noodzakelijk. Van u verwachten wij dat u ons alle relevante informatie verstrekt. Hiermee vormen wij ons een zo duidelijk mogelijk beeld van de feitelijke toedracht, van het door u opgelopen letsel en van de gevolgen. Wij analyseren deze gegevens en komen tot een eerste schriftelijke beoordeling van uw zaak. Vragen als ‘welke informatie ontbreekt nog’, ‘hoe kansrijk is uw zaak’, ‘waarin schuilen de risico’s’ komen daarbij uitgebreid aan de orde. In dit plan van aanpak, dat u gratis binnen 14 dagen van ons ontvangt, doen wij tevens een voorstel over de kosten. Deze komen overigens voor rekening van de wederpartij als deze aansprakelijk is. Als u voor zogenaamde kosteloze rechtsbijstand in aanmerking komt, leest u dit ook in ons plan van aanpak.

'No cure no pay '?
‘No cure no pay’ betekent dat de belangenbehartiger als honorarium een met u als slachtoffer afgesproken vast percentage van uw schadevergoeding ontvangt. Indien de belangenbehartiger geen schadevergoeding voor u regelt ontvangt hij geen honorarium.
Het is advocaten door de wet verboden om zaken in behandeling te nemen op ‘no cure no pay' basis. De wetgever heeft willen voorkomen dat de advocaat een direct financieel belang krijgt in het financiële belang van de zaak van zijn cliënt. Een gemakkelijke schikking waarbij het slachtoffer te weinig schadevergoeding ontvangt, kan dan bijvoorbeeld in het belang van de advocaat zijn. Dat is niet in uw belang!
‘No cure no pay' lijkt een mooie oplossing voor moeilijk in te schatten risico's maar het slachtoffer doet zich daarmee snel te kort. In veel gevallen wordt door een aanbieder van ‘no cure no pay' van tevoren een inschatting gemaakt of de zaak haalbaar is en welke schadeomvang er ongeveer zou kunnen zijn. Indien dan een ‘no cure no pay' afspraak wordt gemaakt dan kan dat betekenen dat het slachtoffer veel te veel betaalt voor een zaak, waarin de belangenbehartiger ook maar weinig risico liep. Het televisieprogramma Radar stelde januari 2010 dubieuze praktijken van letselschadebureaus met ‘no cure no pay’aan de kaak. Zie de tv-uitzending van 11 januari 2010 op www.trosradar.nl

Bedrijfsongeval
Gemiddeld lopen 280.000 mensen per jaar letsel als gevolg van een bedrijfsongeval op. Dit aantal laat zich eenvoudig verklaren door de miljoenen werknemers die dagelijks in potentieel risicovolle arbeidsomstandigheden werken. Letsels door snijdende en bewegende objecten, door beknelling, door uitglijden of vallen, zijn aan de orde van de dag. Gelukkig bevat onze Arbo-regelgeving voorschriften voor de werkgever om bedrijfsongevallen te voorkomen. Regels met betrekking tot de inrichting van de arbeidsplaats en werkomgeving, verplichte veiligheidsvoorzieningen voor apparatuur zoals beschermingskappen en noodstoppen, verplichte voorlichting en instructie, verplicht gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen zoals een veiligheidshelm of gehoorbeschermer, voorschriften voor het werken op hoogte, etc. Als een bedrijfsongeval plaatsvindt en het slachtoffer overlijdt of loopt ernstig lichamelijk of geestelijk letsel op dan moet de werkgever het ongeval op basis van de Arbo-wet direct aan de Arbeidsinspectie melden. Van zo’n ernstig letsel is sprake als het slachtoffer schade aan de gezondheid heeft opgelopen die binnen 24 uur leidt tot opname in een ziekenhuis of als de schade aan de gezondheid van (vermoedelijk) blijvende aard is, zoals amputatie en vermindering van het gezichtsvermogen. Normaal gesproken zal de Arbeidsinspectie zo spoedig mogelijk na deze melding een onderzoek instellen. Van haar bevindingen wordt, afhankelijk van de situatie, een ongevalsrapport, een boeterapport of proces-verbaal opgemaakt. Aan de hand van dit rapport valt vaak goed vast te stellen of de werkgever in zijn Arbo-verplichtingen is tekortgeschoten en aansprakelijk is voor het ongeval.

Arbeidsletsel Advocaten treedt op voor slachtoffers van bedrijfsongevallen die hun werkgever aansprakelijk willen stellen voor de financiële schade die zij lijden: gespecialiseerd en met het doel om deze financiële last van de schouders van het slachtoffer te nemen zodat die zich kan richten op zijn herstel. Bent u slachtoffer van een bedrijfsongeval? Neem vrijblijvend contact met ons op via 013 - 4633777 (of gratis 0800 - 220 22 00).

Over u
U kent als geen ander de impact die arbeidsletsel heeft op uw leven. Ook de mensen in uw naaste omgeving, zoals uw partner, gezin, familie en vrienden, hebben direct of indirect te maken met de gevolgen van uw arbeidsletsel. Er komt van alles op u en hen af. Nadat u eerst ‘de klap’ te boven moet zien te komen, is er de onzekerheid over het herstelproces. En u loopt tegen tal van vragen aan. Hoe moet het verder met het werk en de financiën? Wie is aansprakelijk? Of moet u de schade zelf dragen?

Deskundige en betrokken partner
Dergelijke vragen zijn niet eenvoudig te beantwoorden. Onderzoek naar mogelijke aansprakelijkheid van derden kan behoorlijk ingewikkeld zijn. Het afhandelen van een schadeclaim is tijdrovend, gaat gepaard met veel emotie en vergt bovenal deskundigheid. De hulp van een specialistische en betrokken partner is onontbeerlijk. Wij van Arbeidsletsel Advocaten zijn deze partner bij uitstek. Bij mensen met arbeidsletsel voelen wij ons betrokken. Zij brengen het beste in ons boven. Door ons maximaal in te zetten om voor de geschonden lichamelijke en geestelijke integriteit in de werksituatie een rechtvaardige compensatie te realiseren. Achter Arbeidsletsel Advocaten staat een team van in arbeidsletsel gespecialiseerde advocaten met in totaal 60 jaar advocatuurlijke ervaring. Een garantie voor deskundigheid.

Gedicht

Gedicht

Gedicht

Genetische factoren bij PD



De afdeling Heelkunde van het Universitair Medisch Centrum Nijmegen heeft in samenwerking met de afdeling voor Bloedtransfusie en Transplantatie Immunologie onderzoek verricht naar mogelijke genetische verschillen tussen mensen met posttraumatische dystrofie en mensen zonder posttraumatische dystrofie. De patiëntengroep omvatte 45 mannen en 116 vrouwen in de leeftijd van 13 jaar tot 75 jaar. Er was een grote controlegroep van Nederlandse beenmergdonoren waarvan de genetische kenmerken reeds bekend waren. Er was sprake van een primair koude dystrofie bij 82 patiënten en een primair warme dystrofie bij 63 patiënten.

Posttraumatische dystrofie lijkt geassocieerd te zijn met bepaalde genetische kenmerken. Zowel de primair koude als de therapieresistente vorm van posttraumatische dystrofie lijken geassocieerd te zijn met een genetisch kenmerk HLA DR6. De primair warme PD en de vorm waarbij de PD zich aan meerdere extremiteiten heeft ontwikkeld, lijken geassocieerd te zijn met het genetisch kenmerk TNF2 allel.

In de totale onderzoeksgroep werden geen significante resultaten gevonden. In de subgroep met primair koude PD bleek het genetisch kenmerk HLA DR6 bij 50% van de patiënten aanwezig te zijn en in de subgroep die geen effect op therapie had 44%, ten opzichte van 31% in de controlegroep.

In de subgroep met een primair warme PD en de subgroep met een meervoudige PD bleek het genetisch kenmerk TNF2 allel bij respectievelijk 40% en 41% van de patiënten aanwezig te zijn, ten opzichte van 19% in de controlegroep.

Deze associaties ondersteunen de hypothese van een veronderstelde genetische basis voor het ontwikkelen van bepaalde vormen van PD. Zowel het HLA DR6 kenmerk als het TNF2 kenmerk lijken een verhoogde kans te geven op het ontwikkelen van bepaalde vormen van posttraumatische dystrofie. Het is echter niet mogelijk om op basis van deze gegevens te spreken van een erfelijk overdraagbare ziekte. Bron: De Nieuwsbrief nr. 3, van de Ned. Ver. PD pat., artikel door prof. dr. R.J.A. Goris.

Bewijs van lokale neurogene ontsteking bij posttraumatische dystrofie


Proefschrift dr. F.J.P. Huygen: Neuroimmune Alterations in the Complex Regional Pain Syndrome, 2004.

Bij posttraumatische dystrofie is er sprake van een steriele ontsteking, neurogene ontsteking. Dit directe bewijs is voor het eerst aangetoond door dr. F. Huygen, Erasmus MC. Posttraumatische dystrofie zit dus niet 'tussen de oren' maar er is sprake van een biochemische oorzaak. Hij heeft kunstmatig blaartjes getrokken bij patiënten met PD, en de blaarvloeistof onderzocht. Daarin vond hij belangrijk hogere aanwezigheid van stoffen die ontstekingsbevorderend werken: Interleukine-6 en Tumor Necrosis Factor alpha (TNF alpha). Een tweetal patiënten is succesvol behandeld met anti-TNF en een klinische verbetering is vastgesteld: vermindering van pijn, afname van temperatuurstijging, afname zwelling en een verbetering van de bewegingsbeperking. Verder onderzoek, dat ook plaats zal gaan vinden, moet uitwijzen of deze behandeling inderdaad effectief zal blijken te zijn.

Een ander onderzoek betreft het ontwikkelen van een gevoelig, specifiek en reproduceerbaar wiskundig model. Er is een aantal rekenmodellen ontwikkeld en vergeleken voor een kwantitatieve maat. Het meest ideaal lijkt de berekening van een zogenaamde asymmetrie coëfficient. Hierbij wordt de verdeling tussen aangedane en niet-aangedane zijde vergeleken.

Een onderzoeksvraag was, indien er ontstekingsstoffen verhoogd zijn, welke cellen dan verantwoordelijk zijn voor de afgifte van die stoffen. In onderzoek, opnieuw in kunstmatige blaren bij 20 patiënten, werd aangetoond dat tryptase verhoogd was. Tryptase is een stof die specifiek afgescheiden wordt door mestcellen bij mestcelactiviteit. Dit is een direct bewijs voor mestcelactiviteit. Er was geen correlatie tussen de hoeveelheid TNF alpha, IL-6 en tryptase wat betekent dat meer cellen betrokken moeten zijn bij de afgifte van deze ontstekingsstoffen. Andere studies betreffen het uitwendig gebruik van capsaicine. Er zijn 14 patiënten met PD (CRPS) aan een lidmaat, behandeld met capsaicine. Dit is een rode peper extract dat in staat is zenuweiwitten te depleren. Er was een klinische verbetering met name voor wat betreft een afname van pijn, verbetering van de asymmetrische doorbloeding en verbetering van beweging.

Inflammatie en endotheel dysfunctie in Complex Regionaal Pijn Syndroom


De pathofysiologie van Complex Regionaal Pijn Syndroom (CRPS) blijft een punt van discussie. Er wordt onderscheid gemaakt tussen afferente (bijvoorbeeld inflammatie), efferente (bijvoorbeeld autonome disregulatie) en centrale mechanismen (bijvoorbeeld corticale reorganisatie)

[1]. Ondanks het feit dat al deze mechanismen een rol spelen in CRPS, wordt de onderlinge relatie niet geheel begrepen. Naast pijn is temperatuur asymmetrie één van de belangrijkste kenmerken en symptomen van CRPS. Jarenlang werd aangenomen dat temperatuur asymmetrie het gevolg was van een stoornis in het autonome zenuwstelsel. Bewijs hiervoor is gevonden in meerdere onderzoeken. Wasner toonde aan dat er bij acute CRPS een stoornis is van de fasische sympathische vasoconstrictieve respons in de CRPS aangedane extremiteit. Deze kan worden opgewekt door diepe inhalatie (5 maal per minuut). Ook is er een verlies van de tonische sympathische vasoconstrictieve respons in de aangedane extremiteit die onder normale omstandigheden opgewekt kan worden door bijvoorbeeld totale lichaamskoeling. Herstel van de fasische vasoconstictieve respons is aangetoond.

[2]. Adrenerge overgevoeligheid lijkt een rol te spelen in de ontwikkeling van koude CRPS.

[3]. De therapie bij patiënten met koude CRPS bestaat al jaren uit vasodilatoire medicatie en sympathicus blokkade, desondanks verbetert niet elke koude CRPS met deze therapie. Andere kenmerken en symptomen van CRPS suggereren een inflammatoir proces. In een kleine studie werd aangetoond dat patiënten met CRPS significant hogere spiegels van de cytokines IL-6 en TNF alfa hebben in de aangedane zijde vergeleken met de nietaangedane zijde.

[4]. Deze observatie is recent in een grotere groep bevestigd [5]. Ook is aangetoond dat mestcellen actiever zijn in de CRPS aangedane zijde vergeleken met de contralaterale zijde

[6]. Een pilot studie liet bij 2 patiënten een positief effect zien op de inflammatoire kenmerken en symptomen na behandeling met anti-TNF

[7]. Uit cardiovasculair onderzoek is bekend dat inflammatoire ziekten kunnen leiden tot endotheel dysfunctie

[8]. Een belangrijke vraag was vervolgens: hebben we te maken met endotheel dysfunctie als mogelijk secundair mechanisme voor verstoring van de doorbloeding in koude CRPS en biedt dit nieuwe mogelijkheden voor therapie? In een observationele studie bij patiënten met koude CRPS, is een verstoring van de balans tussen de vasodilatoire stof stikstofoxide (NO) en de vasoconstrictieve stof endotheline-1 aangetoond, wat een gevolg kan zijn van endotheel dysfunctie.

[9]. Naast de bekende autonome stoornis kan dit mede verantwoordelijk zijn voor de afgenomen doorbloeding bij koude CRPS. In een pilot studie is een positief effect gevonden van de NO-donor isosorbide dinitraat (ISDN) in 1% topicale zalf. Vijf patiënten werden behandeld met deze zalf 4 maal daags gedurende 10 weken. Met videothermografie werd een toename van de huidtemperatuur van 4.1-6.1°C in de aangedane extremiteit gezien. De temperatuur nam toe tot vergelijkbare temperatuur van de niet-aangedane extremiteit in 2 tot 4 weken na het starten van de behandeling. In 3 van de 5 patiënten resulteerde dit in een afname van pijn op de Visuele Analoge Schaal.

[10]. Dit is verder onderzocht in een gerandomiseerde placebo gecontroleerd onderzoek. Vierentwintig patiënten met koude CRPS werden behandeld met ISDN 1% of placebo zalf 4 maal daags voor 10 weken. Beide groepen namen deel aan een activiteit mobilisatie programma. Helaas toonde deze studie geen significante verschil in temperatuur asymmetrie in de met ISDN behandelde groep vergeleken met de placebo groep. Er was ook geen pijnreductie of toename in activiteit in de ISDN behandelde groep. Alleen in een subpopulatie was een positief effect.

[11]. In een andere gerandomiseerde gecontroleerde studie werd de mogelijke rol van de phosphodiesterase-5 remmer tadalafil onderzocht. Vierentwintig patiënten met koude CRPS in één extremiteit kregen tadalafil 20mg of een placebo een maal daags gedurende 12 weken. Na 12 weken was er geen significant verschil in temperatuur asymmetrie in de tadalafil versus placebo groep. Maar er was wel een significante en klinisch relevante pijnreductie in de tadalafil behandelde groep.

[12]. Hieruit hebben wij geconcludeerd dat de phosphodiesterase-5 remmer tadalafil een veelbelovende stof kan zijn in de behandeling van koude CRPS.

[13]. Een van de uitdagende vragen blijft om bij een patiënt met koude CRPS te kunnen differentiëren tussen centrale en/of perifere pathofysiologische mechanismen die verantwoordelijk zijn voor de doorbloedingsstoornis. Meer inzicht in de pathofysiologie en de beschikbaarheid van diagnostische instrumenten kunnen leiden tot een meer mechanisme gerichte behandeling.

Wat kun je zelf doen bij Neuropatische pijn.


Tips voor de patiënt
• Geef goede, duidelijke en uitgebreide informatie aan je arts. Hoe voelt de pijn? Straalt de pijn uit? Wanneer veel pijn?
• Schrijf je klachten van tevoren op, dan vergeet je niets.
• Vraag om schriftelijke informatie.
• Probeer van dingen die je nog kunt, te genieten. Je bepaalt zelf je kwaliteit van leven. Die is minder of anders dan eerst, maar je moet er zelf iets van zien te maken.
• Zie je het niet meer zitten, ga dan naar je huisarts en vraag hem of haar naar een goede gesprekstherapeut in de buurt.
• Doe dagelijks ontspanningsoefeningen. Doordat je spieren ontspannen wordt de pijn minder.
• Ga op yoga; hier leer je ontspannen en bovendien krijg je nieuwe sociale contacten.
• Wees duidelijk naar je omgeving toe. Leg uit wat er aan de hand is; waarom je soms minder goed functioneert en vraag begrip hiervoor.
• Zoek steun bij lotgenoten, zij begrijpen wat je doormaakt.

Wat zijn de klachten van neuropatische pijn?


Onderstaand een opsomming van veel voorkomende klachten. Niet iedereen heeft ze allemaal en zeker niet tegelijkertijd:
• Altijd pijn
• Chronische pijnklachten, afgewisseld met hevige pijnscheuten
• Gevoel van speldenprikken, elektrische schokken en messteken
• Branderige, schrijnende pijn
• Gevoel dat je ‘op kussens’ loopt
• Pijn bij aanraking, bijvoorbeeld kleding op de huid
• Pijn bij warmte of kou, bijvoorbeeld bij het douchen
• Gevoelsstoornis rond de pijnplekken, waardoor een ‘slapend’ of overgevoelig arm of been ontstaat
• Gevoel alsof er mieren over en onder de huid lopen
• Onprettige kriebelingen
• Vermoeidheid, veroorzaakt door slecht slapen.